Terugblik: Ensemble La deuxième réjouissance 31 januari 2010



Het ensemble “La deuxième réjouissance” speelde zondag 31 januari 2010 in Concertzaal In den Wouwdfluit” zonder zorgen,
een boeiend concert.
Martine Littel viool, Cecile van Oorschot fluit, Marieke Langkamp violoncello en Tijn van Eijk clavecimbel.

Onder het inspirerende oog van Tijn van Eijk, de “eminence grise”, speelde het kwartet een boeiend programma rondom Vorst Frederik de Grote uit Potsdam.
Van Frederik de Grote is het algemeen bekend dat hij naast regeren ook zijn eigen hobby een strenge structuur gaf. Hij nam fluitles bij Joachim Quantz, nam als hofmusicus de oudste zoon van Bach in dienst en organiseerde geregeld optredens in zijn muziekzaal.
Eens moest het er van komen om Johann Sebastian Bach zelf uit te nodigen voor een proeve van bekwaamheid. De oude heer Bach kwam naar Potsdam en speelde improvisaties aan het clavecimbel die in onze tijd hoog op de hitlijsten staan.
Bach keurde aldaar enkele nieuwe tafelpiano’s gebouwd door Gottfried Silbermann.
De beroemde ontmoeting in Potsdam werd door het ensemble “La deuxième réjouissance” nagespeeld met alle hoofdrolspelers. De toehoorders kregen de klinkende taal te horen van al deze componisten rondom Vorst Frederik de Grote, Quantz, C.P.Bach, Telemann en een stuk van Frederik zelf.
Het ensemble rondom Tijn van Eijk speelde met bezieling, grote discipline, heerlijke tempo keuzes en grote aandacht voor de zangerige gedeeltes.
Het laatste werk van meester Bach himself was het hoogtepunt in dit concert.
Het beroemde improvisatie thema dat het publiek kon meezingen zal niet snel vergeten worden.
De Canon Perpetuus, de eeuwigdurende canon, was de toegift.